De eerste zware dagen
Door: tonvanhove4
Blijf op de hoogte en volg Ton
09 April 2011 | Spanje, Loja
Ik kijk thuis op het laatste ogenblik nog even op internet op welk perron in Utrecht de trein naar Schiphol vertrekt. Blijkt er een flinke vertraging te zijn. De trein naar Amersfoort is nog een
mogelijkheid maar dan moeten we heel snel zijn.
In sneltreinvaart fietsen Coby en ik naar het station. Tine, onze lieve trouwe dorpsgenoot, zou ook bij het vertrek aanwezig zijn, dus ze moet nog snel gebeld worden. Even later komt ze aanrennen. Je moet toch nog wat op je oude dag! Erg leuk, zo’n uitgebreid afscheidscomité.
Vervolgens moeten Coby en ik nog rennen naar de fietsencoupé, die helemaal in het begin van de trein zit. Het worden korte afscheidskussen, de machinist heeft weinig gevoel en vertrekt weer snel.
Even later in Amersfoort kom ik terecht in een Duitse trein uit Berlijn. Van fietsencoupés hebben ze daar nog niet gehoord. Ik til hem hoog in een veel te klein balkon zonder zitbankjes, zodat ik de hele rit naar Schiphol moet blijven staan.
Op Schiphol loopt alles gesmeerd. Geen rijen dit keer, niet bij het inchecken en niet bij de security.
Ik heb een prettige vlucht samen met een 79 jarige dame en een lege stoel tussen ons in. Ze gaat haar dochter, 2 kleindochters en 2 achterkleinkinderen in Marbella opzoeken. Haar gebabbel en Die Schöpfung van Haydn op mijn MP3 brengen me in 2u45min. In Málaga.
Sinds mijn laatste bezoek hier, anderhalf jaar geleden, heeft men een nieuwe terminal uit de grond gestampt. Het is een eind wandelen naar de bagageafdeling. Mijn fiets verschijnt als eerste op de band. Ik zie al snel dat er iets kapot is aan de voorvork. Provisorisch hersteld. Morgen naar de fietsenmaker.
In Málaga is het een beetje zoeken naar Hotel Trebor; hier en daar even vragen doet wonderen.
Daarna naar Tapasbar Citron op de Plaza de la Merced, waar ook het geboortehuis van Pablo Picasso staat. Ik heb het adres uit de Spanje-bijbel van Rik Zaal; hij zal er wel een leuke avond gehad hebben.
Ik vind het niet bijzonder. Coby belt nog, terwijl ik mijn tapa’s eet. Ze reageert op mijn sms-je met mijn belevenissen. Nou ja, bellen is toch veel leuker.
Ik heb het bij Citron wel gezien. In de Calle Granada is het veel gezelliger, dat had ik op de heenweg gemerkt. Ik had er al een biertje gedronken in Bodega El Pimpi, een bar met veel bekende Spanjaarden op foto’s aan de muur.
Ik kom nog langs de parochiekerk, waar Picasso gedoopt is. Je maakt wat mee!
Drink nog wat in de Calle Granada en dan slapen. Morgen lange dag plus bezoek aan fietsenmaker.
Woensdag 6 april 2011 – Almuñecar 74km.
Ik heb lekker geslapen, hoewel toch een beetje onrustig. Hoe loopt het af met de fiets?
Om acht uur sta ik op. De tassen moeten opnieuw ingedeeld worden om een zo goed mogelijke gewichtsverdeling te krijgen. De 3 gelukspoppetjes die ik van Coby voor deze reis gehad heb krijgen ook hun plaats.
Twee komen er aan de stuurtas te hangen; de derde blijft in een van de tassen.
De receptionist heeft geen idee, waar een fietsenmaker te vinden zou zijn, dus ik zal het zelf moeten uitzoeken.
Ik vraag hier en daar, ook aan de plaatselijke politie, ze weten het niet.
Dan maar op weg. In Rincon de Victoria vind ik hem dan toch. Een vriendelijke man kijkt naar mijn fiets, mompelt wat in zichzelf en komt even later terug met een viertal plastic bandjes die hij heel secuur om de vork en tassendrager vastbindt. Voor 5 euro mag ik weer verder. Volgens mij heeft het allemaal nog nooit zo stevig vastgezeten.
In Torre del Mar drink ik mijn ochtendkoffie: twee cafés Americano.
Het is warm weer, zo’n 23/24 graden. Wel bewolkt en er staat een harde wind. Tegen natuurlijk. De zee is geagiteerd, zoals de Fransen het zo mooi zeggen.
Ik stuur dochter Linda een sms-je dat ik vanmiddag door Nerja kom, waar zij met Robin een paar keer geweest is. Het hotel waar ze toen gezeten hebben kan ik niet zo gauw vinden. Ik rijd wat door het stadje. Het ziet er gezellig uit. In de zomer zou ik het er veel te druk vinden, denk ik. Nou ja, ik ben ook een oude man, die op zijn rust gesteld is.
Ik neem nog een kijkje op het Balcon de Europa, een uitsteeksel in zee, waardoor Nerja beroemd is geworden. Ook hier gaat de zee wild tekeer tegen de rots waar ik op sta.
Na Nerja wordt het erg rustig op de weg. De nabijgelegen autosnelweg is aantrekkelijker voor de meeste automobilisten, denk ik. De barretjes langs de weg staan daarom allemaal leeg en te koop.
Er moet nog wat geklommen worden , want de uitlopers van de bergen van de Sierra de Tejeda verdwijnen hier in de Middellandse Zee. Twee tamelijk lange mooi verlichte tunnels besparen me nog meer klimwerk. Toch klim ik deze vlakke etappe alles bij elkaar nog zo’n 638 hoogtemeters.
Om half zes arriveer ik in Almuñecar. Hotel La Najarra is de uitverkorene en hier zit ik nu op het grote tweepersoons bed dit verslag te schrijven.
Eén van de gelukspoppetjes (de gele) heeft inmiddels het leven gelaten; het heeft al zijn geluk gegeven voor het reparen van de fiets, zo denk ik maar. De fleurige draadjes mogen blijven hangen.
Na de douche vraag ik de hoteleigenaar naar een restaurant. Mar de Plata beveelt hij me aan. Ik eet er uitstekend. Vissoep en zeeduivel in amandelsaus, een klassiek gerecht. Allemaal heerlijk.
Donderdag 7 april Jayena 52 km
Ik ga vandaag eerst op zoek naar een fietsenmaker. De hotelbaas stuurt me naar een specialista.
Gisteren bij het klimmen heb ik gemerkt dat de derailleur niet helemaal goed werkt. Het lichtste verzet doet het maar de volgende twee tandwielen trappen door. Het uiteinde van het frame waar de derailleur is bevestigd is een beetje verbogen tijdens de reis. Helmert, de fietsenmaker van Altrecht, heeft het wel eens voor me teruggebogen, maar deze man durft dat niet. Hij is bang dat het afbreekt en dan zijn we inderdaad verder van huis.
Daarna ontbijt op een terrasje aan de overkant. Om 12 uur vertrek ik; eerst een aantal kilometers door de Valle Tropical. Het is hier prachtig. Heel veel fruitbomen. Ik zie een sinaasappelboom met vruchten én met bloesem. Ook veel néspero’s, mispels in het Nederlands, maar dat zegt me ook niets. Het zijn oranje vruchten, in de vorm van kleine pruimen. Als ze rijp zijn haal je makkelijk het velletje er af en dan smullen maar. Hier zijn ze bijna rijp. Nog even geduld dus.
Het is vandaag prachtig weer; een onbewolkte hemel en het zal zo’n 26/27 graden zijn.
Ik fiets door de witte dorpjes Jete en Otivar. Daarna begint het serieuzere klimmen. Als ik op een hoogte van 600m ben, denk ik de col, de puerto op 1.200m waarnaar ik op weg ben, in de hoogte te zien. Heel veel later blijkt dat niet waar te zijn; de puerto is nog wel zo’n 100 meter hoger. Het wordt zwaarder en zwaarder. Het wordt me langzamerhand duidelijk dat de beoogde etappeplaats Alhama de Granada vandaag niet haalbaar zal zijn. Op 950 meter hoogte zie ik Jete en Otivar, waar ik eerder doorgereden ben, diep onder me liggen. Ik maak er een foto van. (Voor een goed begrip van de afstand: de plaatsjes liggen 4 km. uit elkaar).
Op een gegeven moment bereik ik de top. Daarna volgen nog zo’n 8 km meer klimmen dan dalen. Verschillende keren zegt mijn hoogtemeter me dat ik 100m hoger zit dan de 1.200m van de puerto.
Ik had me hier al op voorbereid; 2 jaar geleden heb ik deze weg ook gereden, alleen omgekeerd. Toen viel dit stuk mee, nu valt het zwaar tegen.
Pas bij de kruising naar Alhama de Granada is het hoogste punt bereikt en volgt de afdaling. Twee jaar geleden heb ik hier meer dood dan levend een tijd in het gras gelegen. Nu rijd ik door. Niet omdat ik me zoveel beter voel, maar de tijd dringt en ik moet nog een slaapplaats vinden.
Na een heerlijke afdaling van zo’n 12 kilometer (door even 67km p/u te rijden weet ik mijn gemiddelde nog iets op te vijzelen) rijd ik Jayena binnen. Bij Bar La Nota heeft men prima kamers. Slechts één biertje gaat erin. Mijn maag speelt wat op, ik ben oververmoeid.
Na een uurtje slapen en een lekkere douche gaat het wel weer een beetje.
Ik hoef niet veel te eten. Wat soep lijkt me wel lekker. Alleen heeft de kokkin voor vandaag vissoep bedacht en dat lijkt mij nu even helemaal niets. De ober gaat in de keuken overleggen of er nog iets mogelijk is. Komt terug met de mededeling dat ik ook vermicellisoep kan krijgen. Wat een schat!
Het smaakt me uitstekend. Nog twee ijsjes toe en ik heb genoeg. Geen alcohol vanavond. Drie Fanta’s smaken me goed.
Ik zie ondertussen op de televisie Twente met 5-1 verliezen van Villareal. Er is echter geen Spanjaard die het interesseert, dus ik hoef me niet te verantwoorden en ga lekker slapen.
Vrijdag 8 april – Loja – 56 km.
Om 9 uur is het reveille. Na het ontbijt is de hotelbaas zeer geïnteresseerd hoe ik alle bagage weer op de fiets bevestig. Ik krijg twee flessen water van hem mee en trots overhandigt hij me nog een aansteker met de naam van de bar erop als aandenken.
In dalende lijn begin ik aan de dag van vandaag. Het is weer prachtig weer vandaag. Een onbewolkte hemel. Nog even klimmen en dan dalen naar het Embalse Bermejales (stuwmeer), waar ik me van twee jaar terug een koffiebar herinner.
Ik probeer daar Coby te bellen; het lukt niet erg, de verbinding valt steeds weg.
Door naar Alhama de Granada. Het is prachtig hier, alles staat in bloei. Veel wilde bloemen in de berm; de brem en de rozemarijn staan vaak gezellig broederlijk (of zusterlijk) naast elkaar volop in bloei.
Het laatste deel naar Alhama is weer in dalende lijn. Op een terras waar ik lekkere tapa’s bij mijn Fanta Naranja krijg, bel ik nog een keer met Coby. Ze gaat vandaag voor een week naar Winterswijk voor een meditatiecursus. Het is spannend voor haar.
Ik begin aan het laatste stuk naar Loja. Het gaat me vandaag een stuk beter af dan gisteren. Allemaal niet zo steil en ook niet zo lang achter elkaar dat geklim. Ik rijd 26 km door niemandsland, eerst omhoog naar de op de kaart genoemde hoogte van 930m.
De fietscomputer die ik vorig jaar van Coby voor mijn verjaardag kreeg geeft op een gegeven moment een hoogte aan van 1.030m, als ik aan de afdaling begin.
Een miskoop, denk ik, tot ik een paar kilometer verder ineens een bord langs de weg met de naam van de puerto zie. Cerro de la Gallina (de heuvel van de kip). Mijn tellertje wijst 925m aan. Die 5 meter vergeef ik je Co!
Niet veel later bereik ik Loja, waar ik (me veel beter voelend dan gisteren) mijn intrek neem in Hotel Manzanil
Op het terras drink ik mijn biertje. Een man, een paar tafeltjes verder, vraagt of hij bij me mag komen zitten. Hij is ook een fietser. Heeft de Via de la Plata naar Santiago gedaan en is wel geïnteresseerd in waar ik zowel geweest ben. Hij is een beetje jaloers. Zou dit ook wel graag doen. Alleen het vinden van een compañero is moeilijk en alleen gaan vindt hij te gevaarlijk. Je zou eens in het ravijn rijden!
Na mijn biertje ga ik naar mijn kamer voor een lekkere douche.
Als ik weer beneden kom, vraag ik de receptioniste, wat ik beslist moet zien in Loja. Ze geeft me een kaart met de bezienswaardigheden. De gebruikelijke kerk, het vervallen kasteel en ook een fontein met maar liefst 25 waterstralen. Die wil ik wel eens zien.
Het is een flinke wandeling naar het centrum. Ik herken helemaal niets op de kaart die ik gekregen heb. Na een tijdje kom ik erachter dat je hem op z’n kop moet houden. Dat je dan ook de straatnamen niet meer kunt lezen, ach wat geeft het.
Het is een gezellige drukte in het centrum; het is vrijdagavond. Ik vind mijn fontein en maak er een foto van.
Het wordt tijd om iets te gaan eten. Een restaurant vinden valt nog niet mee. Veel cafetaria-achtige tenten. Restaurante Alacena lijkt me wel wat. In ieder geval krijg ik lekkere zoute nootjes bij mijn biertje. Ik heb erg behoefte aan zout, merk ik. De overgang van 17 naar 27 graden is te veel, denk ik.
Ik bestel lomo al ajillo. Al heel snel komt er een bordje met heerlijk vlees in een kerrieachtige saus. Ik denk bij mezelf dat het wel een beetje weinig is voor € 7,-. Als het op is heb ik eigenlijk wel genoeg.
Dan komt echter pas de echte bestelling; een gigantisch bord vol. Veel te veel voor mij in ieder geval.
Ik eet er nog wel wat van; het grootste deel blijft echter staan. Nog een ijsje toe en dan naar mijn hotel. Slapen.
-
09 April 2011 - 17:05
Fernand En Hielkje:
De kop is er af Ton. Je hebt het jezelf niet gemakkelijk gemaakt tijdens de startfase. Hopelijk hervind je snel je ritme. Het is daar beslist warmer dan hier, dat maakt vast ook uit.
Wij voelen ons net Sneeuwwitje in het huis van de 7 dwergen: we slapen heerlijk in jullie bedje, we smullen van jullie bordjes, we drinken uit jullie glaasjes (onze eigen wijn hoor, wees gerust;-), we fietsen op jullie fietsen (waar is het sleuteltje van de kabel aan de herenfiets aan het hek?) en Slipper genoot zojuist van de restjes haring van de viskraam tegenover AH. (staat op de foto!) Het verwijderen van een dikke teek uit zijn wang en hem borstelen ging moeiteloos!
Gister heb ik Co naar het station gebracht en nog voor de spoorbomen uitgezwaaid. Daar ging ze met haar grote, rode rugzak op, haar gebruinde benen onder een witte broek, het stilte-avontuur tegemoet. Je zal het wel missen, dat je haar nu een week niet kunt bellen.
We treffen het bijzonder met het weer. Volgens de voorspellingen blijft het zo tot dinsdag. Ondertussen wordt er in de keuken hard gewerkt aan het diner en gaan we net zo culinair genieten als jij! Lieve Ton, tot de volgende keer, gros bisous,
Fernand & Hielkje -
10 April 2011 - 15:35
Jan & Marjan:
Ha die Ton,
Onze bewondering voor je conditie en uithoudingsvermogen stijgt bij elke regel die we lezen over de niet malse klimpartijen die jij soms moet ondernemen om je doel te bereiken.
Geweldig ook om te lezen hoe iemand zo intens kan genieten van al het goede wat het leven hem te bieden heeft.
We kijken nu alweer uit naar je volgende verslag.
Heel veel plezier bij het vervolgen van je tocht door het mooie Spanje en heel veel groetjes uit Heino.
Jan & Marjan -
10 April 2011 - 16:36
Jozina:
Dit ben ik gewoon, hoor Ton (Tonio).
Je bent een bikkel, zeg, want wat jij nu allemaal per fiets doet, hebben Aad en ik 90/91 per auto gedaan. Toen waren we amper 40!!
Leuk om te lezen wat je allemaal meemaakt, ik zie het zo voor me.
Tot een andere keer y buena continuacion.
Hasta pronto,
Adrian y Jozina -
11 April 2011 - 07:50
Fred:
De kop is er af, Ton. Zo te lezen, kan het al niet meer stuk. Als je voorts fietst zoals je schrijft, ben je opnieuw met de heerlijkste reis van je leven bezig. Je verhaal brengt me helemaal in de sfeer: het Spaanse land, de eenvoud en het op je eentje zijn. Uiterts aangenaam om te lezen hoe goed jij het met jezelf hebt; jaloersmakend! Ga maar lekker zo door en zuig het allemaal in je op. En wees maar weer trots op lijf en geest, dat je dit allemaal gewoon weer effe doet.
Goeie groet van een andere oude man.
-
11 April 2011 - 16:00
Corrie Drok:
Lieve Ton,
Ik wist al van je vorige reizen dat je boeiende verslagen stuurt en tja ook nu geniet ik van alles wat je zoal beschrijft. Ik krijg een meer dan goed beeld van de inspanningen (niet echt mijn ding) en van de geneugten van een niet toeristisch Spanje. Daar geniet ik van en zoals ik begrijp jij ook.
Ga je trip volgen, ben benieuwd naar de rest van dit mooie avontuur en voor nu: tot mails.
Zoen Corrie -
12 April 2011 - 10:20
Jan:
Ton, weer een ouderwets goed verslag met lekker veel eten en drinken. Ga zo door! Wij sporten vanavond wel weer zonder jou!
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley